“Meer vaste gezichten op de groep zorgt voor meer rust en continuïteit. Dat is voor onze cliënten met een complexe vorm van epilepsie en veelal ook bijkomende problematiek extra belangrijk.”

Onze kracht zit in het samen de schouders eronder zetten

Sinds medio september 2024 is dr. Francesca Snoeijen interim-directeur van het Centrum voor Epilepsiewoonzorg van Kempenhaeghe (CEW). In die hoedanigheid volgde zij voormalig directeur Antwan van Ooijen op. Francesca Snoeijen is bepaald geen onbekende in onze epilepsiewoonzorg. Dertien jaar geleden trad zij in dienst bij Kempenhaeghe als arts verstandelijk gehandicapten (arts VG) en combineert nu beide functies. In die dubbelrol kent zij de cliënten, de medewerkers en de uitdagingen in de zorg als geen ander.

In 2024 is er binnen het CEW veel gedaan om zorg en bedrijfsvoering goed in balans te brengen. Een van de belangrijkste doelen was om te zorgen voor meer rust en continuïteit voor cliënten, die baat hebben bij vaste gezichten om hen heen. Francesca Snoeijen: “We zijn daarin geslaagd door het aantal tijdelijke zorgverleners (zzp’ers) flink te verminderen. Sinds oktober zijn er zelfs helemaal geen zzp’ers meer in het directe zorgproces. Een enorme prestatie, die veel heeft gevraagd van medewerkers. Er zijn niet meer mensen in vaste dienst gekomen. Wel zijn sommige collega’s meer uren gaan werken. Iedereen heeft inzet getoond. Collega’s waren flexibel, dachten mee en zijn positief het proces ingegaan. Dat is iets om trots op te zijn.”

Een passende plek voor iedere cliënt

Een belangrijke vraag waarvoor Francesca zich heeft ingezet, is hoe ervoor te zorgen dat meer cliënten de weg naar het CEW vinden. “Door onze processen efficiënter in te richten, kunnen we nieuwe cliënten sneller een passende plek bieden. Het is belangrijk om de instroom van nieuwe cliënten te bevorderen. Toch blijft de praktijk soms weerbarstig en kan het lastig zijn om een goede match te maken tussen de steeds complexer wordende zorgvragen van cliënten en de plekken die we op dat moment beschikbaar hebben.”

Francesca Snoeijen: “In 2024 hebben we ook veel aandacht besteed aan onze bedrijfsvoering. Dit past in de Strategie2030 van Kempenhaeghe waarin het vergroten van onze slagkracht één van de thema’s is. Vanaf maart zijn er acties in gang gezet om met elkaar te bezien waar en hoe we onze zorg verder kunnen verbeteren. Dat gebeurde op verschillende vlakken. Zo keken we bijvoorbeeld naar materialen en voeding. Maar ook naar technologie en naar hoe we de zorg slimmer kunnen organiseren. We zien dat er veel versnippering is; door anders organiseren behouden we de kwaliteit van de zorg die we aanbieden en besparen we kosten. Om een en ander mee in goede banen te leiden hebben we in september een tijdelijk manager bedrijfsvoering benoemd.”

Een fijne dag voor cliënten en slimmer inzetten van medewerkers

In 2024 heeft het CEW een eerste aanzet gemaakt tot integraal capaciteitsmanagement. “Uitgangspunt is dat we zorgen voor een zo prettig mogelijke dag voor de cliënt met een zo efficiënt mogelijke inzet van medewerkers. Daarom hebben we bijvoorbeeld pilots gedaan om zorg en dagbesteding in enkele van onze woningen dichter bij elkaar te brengen. Door intensiever samen te werken, wordt beter aangesloten bij het ritme van de cliënt. De eerste resultaten zijn positief.

Verder hebben we in een pilot gezien dat sociale robotica voor sommige cliënten een meerwaarde kan hebben. In 2025 onderzoeken we verder hoe we innovatieve technologie slimmer en met behoud van kwaliteit van zorg kunnen opschalen zodat dit het werk van medewerkers gemakkelijker maakt”, vertelt Francesca Snoeijen.

Belang van vrijwilligers en informele netwerken

In de geschetste ontwikkelingen wordt de rol van het informele netwerk rondom de cliënt groter: Vrijwilligers, buurtgenoten, familie en vrienden. Bij het verder nadenken over het toekomstgericht inrichten van de organisatie worden ook zij betrokken. Zorgen is meer en meer iets dat we samen doen.

Passende zorg en keuzes uitleggen gaan samen

Francesca Snoeijen benadrukt dat Kempenhaeghe de tijd nemen om het - met z’n allen - goed te doen. “Korte-termijn vragen lopen soms parallel aan werken aan lange-termijn oplossingen. Wij bieden onze cliënten hun thuis. Wij zijn er verantwoordelijk voor om iedere euro zo uit te geven dat dit past bij hun kwaliteit van leven. Maar elk budget noopt tot keuzes. Daarom blijven we goed uitleggen waarom we sommige dingen wel doen en andere niet. Passende zorg is ook aangeven tot waar die zorg gaat. Ik waardeer de betrokkenheid van onze medewerkers en ook die van familieleden van onze cliënten hierbij enorm. Zij deelden ideeën en suggesties al via cewidee@kempenhaeghe.nl. Onze kracht zit in het samen de schouders eronder zetten. Met z’n allen, dat geeft trots en energie.”

Kanslijnen in het Centrum voor Epilepsiewoonzorg

Zorgverzekeraars Nederland (ZN) en de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) hebben een akkoord gesloten om samen een transitie te maken naar toekomstbestendige gehandicaptenzorg. Hierbij zijn vijf kanslijnen geformuleerd. Het Centrum voor Epilepsiewoonzorg (CEW) richt zich in het bijzonder op ‘Kanslijn 2 Technologie’ en ‘Kanslijn 5 Netwerk’.

“Via inzet van technologie en investering in netwerken, houden we onze gespecialiseerde epilepsiewoonzorg ‘toekomstproof’ voor zowel cliënten als medewerkers .”

Kanslijn 2 Technologie

Sociale en technologische innovatie gaan hand-in-hand

In ‘Kanslijn 2 Technologie’ gaat het om arbeidsbesparende technologieën die in alle zorgorganisaties zouden kunnen worden geïmplementeerd. Kennis en ervaring die we in Kempenhaeghe opdoen, delen we met andere zorginstellingen. Niet alleen kan dit onze medewerkers ontlasten, ook de cliënten profiteren ervan, bijvoorbeeld in de vorm van meer eigen regie.

“In onze epilepsiewoonzorg gebruiken we inmiddels verschillende technologische innovaties. Denk aan de sociale robot Ivy, slim incontinentiemateriaal, Familienet, de app ‘Mijn eigen plan’ en de ‘Hume-sok’. In de afgelopen tijd hebben we veel nieuwe ideeën getest en hebben we gewerkt aan verdere verbetering van - de implementatie van - deze innovaties.”

Visie voor toekomst

Gerard van Cranenbroek is clustermanager, hij is verantwoordelijk voor innovatie: " We zijn goed in het uitproberen van nieuwe technologieën en ideeën op één locatie. Maar het blijkt vaak moeilijk om zo’n innovatie op grotere schaal en op andere locaties in te voeren. Daarom hebben we in 2024 in een groep van zorgprofessionals, managers, naasten en de directie, gewerkt aan een 'visie op 1 pagina'. Deze visie kijkt vooruit tot aan 2030 en richt zich op de volgende punten:

  • CEW wil koploper blijven in de epilepsiewoonzorg en fungeert als een innovatieve testlocatie voor nieuwe technologieën en ideeën.
  • Een stevige basis van goede processen, voorzieningen en infrastructuur is nodig om innovaties goed te kunnen inzetten.
  • Sociale en technologische innovaties moeten bijdragen aan het geluk van cliënten, naasten en medewerkers.
  • CEW wil dicht bij de maatschappij staan en vernieuwend samenwerken en samenleven.

Naar de praktijk

In 2025 werken we aan de vertaling van de visie naar de dagelijkse praktijk. Gerard van Cranenbroek: “We gaan focussen op het opschalen van innovaties. We starten met sociale robotica. Daarbij gaan we robots niet verspreiden over verschillende locaties, maar concentreren we ons één locatie. Daar gaan we meer robots inzetten om goed te begrijpen wat ze betekenen voor cliënten en medewerkers. Daarna zullen we andere innovaties uitbreiden, zoals bijvoorbeeld de app ‘Mijn eigen plan’."

Samenzorg

Gerard van Cranenbroek stelt dat sociale en technologische innovaties elkaar versterken: "Om technologie goed in te zetten, is het noodzakelijk de sociale omgeving te betrekken. Een mooi voorbeeld hiervan is het project ‘Samenzorg’, dat in 2024 is gestart. Studenten van Fontys en Avans onderzoeken hoe we de verbinding tussen wijkbewoners in Kloostervelden en de cliënten van Kempenhaeghe kunnen versterken.”

Kanslijn 5: Netwerk

Familiebeleid en duurzame vrijwillige inzet

‘Kanslijn 5 Netwerk’ gaat over manieren om rondom elke cliënt een eigen netwerk te creëren dat wordt gestimuleerd en gefaciliteerd om een rol te spelen in de zorg en ondersteuning. Het CEW heeft hiertoe in 2024 het familiebeleid en de wijze van vrijwillige inzet onder de loep genomen.

Belang van (familie)netwerk voor elke cliënt De werkgroep familiebeleid richt zich op het bevorderen van samenwerking tussen cliënten, zorgprofessionals en naasten. In de werkgroep zitten zorgprofessionals als ook familieleden van cliënten. In beide groepen zien we een toenemende erkenning van het belang en invloed van het netwerk van een cliënt op zijn/haar kwaliteit van leven. In 2024 richtte de werkgroep zich op de volgende projecten:

  1. Gebruik van netwerkkaarten Een netwerkkaart maakt het sociale netwerk van een cliënt zichtbaar. In 2024 is een pilot gedaan ter verbetering van de toepassing van de kaarten in de praktijk.
  2. Familienet uitbreiden Het Familienet-systeem dat naasten betrekt bij de zorg, is uitgebreid naar meer locaties zoals dagbesteding en sport. In 2025 werken we eraan alle locaties in het Familienet te betrekken.
  3. Organiseren dialoogmomenten Er zijn voorbereiding getroffen om in 2025 samen met zorgprofessionals, naasten en vrijwilligers een visie op familiebeleid te ontwikkelen.

Oma van cliënt Julia:

“Familieparticipatie zorgt voor méér contact”

“Eigenlijk heb ik meer contact met Julia sinds ze op Kempenhaeghe woont dan voorheen.” Dat zegt oma Nell Engberts, die samen met moeder Fransje van Oost sinds 2024 wekelijks kookt op Den Vinckert, in de woongroep waar (klein)dochter Julia sinds 2019 woont. Julia (18) heeft het syndroom van Dravet en een algehele ontwikkelingsachterstand. In 2025 verhuist Julia naar een woongroep op Kloostervelden, waar Nell en Fransje het koken ook hopen op te pakken.

Fransje vertelt dat de beslissing om Julia naar Kempenhaeghe te verhuizen niet gemakkelijk was. “Het ging slecht met Julia, tijdens de puberteit verschoven haar epilepsieaanvallen van de dag naar de nacht. Het waren er veel en ze wilde geen medicatie innemen. Dat zette ons gezin enorm onder druk. Toen Julia vanuit de overbelaste thuissituatie naar Kempenhaeghe ging, bleek dat voor iedereen beter: voor Julia zelf, en voor ons gezin.”

Ambassadeur

Fransje had al snel behoefte om meer betrokken te zijn bij de woongroep van haar dochter en is inmiddels ook ambassadeur voor familieparticipatie. “Ik zocht al langer naar mogelijkheden om mee te denken, ook om te zien hoe het met Julia gaat en wie er rondom haar heen staan. Familieparticipatie biedt een manier om die wens te structureren.”

Goede band

Het koken gebeurt met een groepje kinderen en in afstemming met de activiteitenbegeleiding. Fransje: “Alle kinderen krijgen een koksmuts op en ze doen van alles: ze mogen paprika’s in kleine stukjes snijden, tafel dekken of groente in de pan doen. Maar ook op deksels slaan, proeven en zingen.” Oma Nell sloot al snel aan bij het koken. “Het is niet alleen gezellig, maar ik heb ook een hele goede band gekregen met Julia. Ik zie haar nu iedere week. Dat was vroeger niet zo.”

Elkaar kennen

Fransje beschouwt de woongroep als het tweede gezin van haar dochter. “Familieparticipatie maakt dat de begeleiding veel makkelijker aan ons iets durft te vragen en andersom ook. We hebben elkaar goed leren kennen. Julia heeft bijvoorbeeld moeite met overgangen. Wij weten wat dan werkt en wat niet werkt. Die kennis delen we met de begeleiding. Zo dragen we samen de zorg. Hoe mooi is dat?”

Vrijwillige inzet waardevol en onmisbaar Het zorgsysteem verandert; samenwerking met informele zorgverleners wordt steeds belangrijker. Vrijwilligers spelen hierin een cruciale en waardevolle rol. Kempenhaeghe erkent de waarde van vrijwilligers en ziet hen als een integraal onderdeel van de organisatie.

In samenspraak met vrijwilligers en andere stakeholders is in 2024 het vrijwilligersbeleid vernieuwd. Carlijn Ceelen is adviseur vrijwillige inzet: “We zetten vrijwilligers in op basis van hun talenten. Zo borgen we duurzame samenwerking. We zien vrijwilligers als collega’s die de professionele zorg ondersteunen en ook aanvullen. Ze zijn niet meer weg te denken door hun betrokkenheid en de verbinding die ze aangaan met onze cliënten. Vrijwilligers dragen direct of indirect bij aan het welzijn van cliënten. Zij bieden een verdieping en verbreding in ons aanbod, die anders niet mogelijk zou zijn. Samen richten we ons op hetzelfde doel: het bevorderen van de kwaliteit van leven van onze cliënten. We vinden het belangrijk dat vrijwilligers zich gezien en gewaardeerd voelen en dat ze worden geïnformeerd over de laatste ontwikkelingen in Kempenhaeghe. We werken daarom aan een online vrijwilligersportaal dat in 2025 geïmplementeerd gaat worden.”

Vrijwilligers Inka en Jan:

“Fijn om een lach op iemands gezicht te toveren”

Bij Kempenhaeghe kijken we liever naar mogelijkheden dan beperkingen. Mede dankzij de inzet van vrijwilligers kunnen onze cliënten volop meedoen aan het dagelijks leven. Vrijwilligers Inka en Jan: “Met een paar uurtjes per week kun je het verschil voor een ander maken.”

Inka: “Voor de cliënt die ik bezoek, is het goed om naar buiten te gaan. Dus als het mooi weer is, gaan we lekker wandelen. Bij slecht weer lezen we een boekje, of ga ik met hem mee naar de dagbesteding. De cliënt die ik bezoek, kan niet praten. als ik er ben en we zetten een bepaald liedje op of ik lees een verhaal voor, dan begint hij te glimlachen. Dat voelt voor mij ook goed.” Inka vindt de begeleiding vanuit Kempenhaeghe prettig. “Binnen de woning heb ik een vast aanspreekpunt. Af en toe hebben we een gesprek over hoe het gaat. En mocht er iets zijn, dan kan ik altijd bij die persoon terecht.”

Voldoening

Ook vrijwilliger Jan is blij dat hij iets kan betekenen voor anderen. “Omdat ik astma heb, kon ik nooit in een café biljarten. Toen ik hoorde dat Kempenhaeghe vrijwilligers zocht voor de biljartclub, leek me dat leuk. En nog steeds begeleid ik elke dinsdagavond de cliënten bij hun biljartcompetitie.” Inmiddels heeft Jan het ‘vrijwilligersvirus’ goed te pakken, want hij zet zich ook bij andere activiteiten in. “Ik ben ook begeleider bij de wandelclub; elke vrijdagavond loop ik twee uurtjes mee. Verder zet ik mij in als chauffeur van de accuwagen. Wat ik er zo leuk aan vind? Vroeger ben ik met mijn astma vaak aan de kant gezet. Ik had het altijd benauwd en kon weinig. Ik vind het een mooi idee dat ik door mijn inzet mensen kan helpen die vaak buiten de maatschappij vallen.”

370 vrijwilligers maken het verschil

Bij Kempenhaeghe zetten 370 vrijwilligers zich op verschillende manieren in. Door mee te helpen in de moestuin, bij een creatieve activiteit, in het transport of als maatje. Met bewoners en cliënten, of juist achter de schermen, bijvoorbeeld door het doen van klusjes. Alle vrijwilligers worden begeleid door onze professionals. Ze vormen een waardevolle toevoeging op onze zorg.